Sitemap | Zoeken | Contact |
Albino Luciani > Teksten en toespraken






Toespraak tot de Filippijnse bisschoppen - 28 september 1978

Dierbare broeders in Christus

Terwijl wij u in grote genegenheid verwelkomen herinneren wij ons een passage in het brevier. Die passage heeft ons diep getroffen; zij handelde over Christus en werd geciteerd door Paus Paulus VI bij diens bezoek aan de Filippijnen: 'Ik moet getuigenis afleggen omwille van Zijn Naam: Jezus is de Christus, de Zoon van de levende God... Hij is de Koning van de nieuwe schepping; Hij is het geheim van heel de geschiedenis; Hij is de sleutel tot onze bestemming' (13de zondag door het jaar: homilie 29.11.70).

Wij van onze kantPaus Johannes-Paulus I met de Filippijnse bisschoppen hopen u te kunnen steunen en bevestigen, te bemoedigen bij de grote opdracht van het bisschopsambt: Jezus Christus aan te kondigen en aan zijn volk het evangelie te verkondigen.

Onder de rechten die de gelovigen hebben is wel hun voornaamste recht Gods Woord te ontvangen in zijn totaliteit en zuiverheid met al zijn eisen en kracht. Een grote uitdaging in onze dagen is de verkondiging van het evangelie aan al degenen die gedoopt zijn. De bisschoppen van de Kerk zijn hier de eerst verantwoordelijken. Onze boodschap moet een duidelijke verkondiging zijn van redding door Jezus Christus. In aanwezigheid van het volk moeten wij met Petrus zeggen: 'Gij hebt de woorden van eeuwig leven' (Joh. 6,69). Voor ons houdt de verkondiging van het evangelie in: een duidelijke onderrichting over de naam van Jezus, zijn persoon, zijn leer, zijn koninkrijk en zijn beloften. En zijn voornaamste belofte is het eeuwig leven. Jezus heeft werkelijk woorden die voeren naar het eeuwig leven.

Nog kort geleden spraken wij in een algemene audiëntie voor de gelovigen over het eeuwig leven. Wij zijn er diep van overtuigd, dat het voor ons noodzakelijk is dit element te benadrukken ter voltooiing van onze boodschap en om onze verkondiging af te stellen op die van Jezus.

Sinds de dagen van het Evangelie en in navolging van de Heer die 'al weldoende rondging' (Hnd. 10,38) is het onherroepelijk de taak van de Kerk bij te dragen tot leniging van fysieke ellende en armoede, maar haar pastorale bewogenheid zou onvolledig zijn wanneer zij niet tegelijkertijd waas naar 'hogere noodzaken'.

Op de Filippijnen legde Paulus VI juist daarop de nadruk. Op het moment dat hij wilde spreken over de armen, over rechtvaardigheid en vrede, over mensenrechten, over economische en sociale bevrijding - op het moment dat hij met nadruk wees op de taak van de Kerk om het lijden te verlichten - bleef, kon hij niet zwijgen over het 'hoger goed', de volheid van leven in het koninkrijk der hemelen.

Meer dan ooit moeten wij ons volk helpen zich ervan bewust te worden hoezeer zij Jezus Christus nodig hebben, de Zoon van God en de Zoon van Maria. Hij is hun Verlosser, de sleutel tot hun bestemming en de bestemming van heel het mensengeslacht.

Dierbare broeders, wij zijn u in de geest nabij bij al uw bemoeiingen voor de verkondiging van het evangelie: in uw opleiding van catechisten, in uw bevordering van het bijbelapostolaat, bij uw steun aan en bemoediging van uw priesters bij hun grote taak in dienst van Gods woord en wanneer u uw gelovigen brengt tot het verstaan en volbrengen van al datgene wat voert tot rechtvaardigheid en christelijke liefde. Deze en al uw verdere bemoeiingen hebben onze grootste waardering. In het bijzonder steunen wij uw initiatieven ter bevordering van priesterroepingen en hopen van harte dat deze onder de jeugd vrucht mogen dragen.Paus Johannes-Paulus I en kardinaal Sin van de Filippijnen (de laatste foto van de paus in leven)

De Filippijnen hebben een bijzondere roeping om in het verre oosten het licht van Christus te zijn, om zijn waarheid, zijn liefde, zijn gerechtigheid en bevrijding in woord en daad vóór te leven jegens de buurlanden, de Aziatische volken. Wij weten dat u hierbij een uitstekend instrument hebt in Radio Veritas. Wij hopen dat men op de Filippijnen dit instrument alsook alle andere mogelijkheden zal benutten om samen met heel de Kerk te getuigen dat Jezus Christus de Zoon is van God en de Redder van de wereld.

Wij groeten al uw plaatselijke kerken, wij groeten in het bijzonder de priesters en religieuzen. Wij sporen hen aan tot een steeds heiliger leven als voorwaarde voor de bovennatuurlijke uitwerking van hun apostolaat. We hebben uw families lief en zegenen hen alsook alle leken in uw bisdommen. Wij vragen de zieken en gehandicapten open te staan voor hun belangrijk aandeel in Gods plan en zich ervan bewust te zijn hoezeer de verkondiging van hen afhangt. Aan u allen, broeders, verlenen wij onze bijzondere apostolische zegen en smeken voor u vreugde en kracht in Jezus Christus af.