Paus Joannes-Paulus I heeft zijn eerste Angelus-toepraak gehouden op zondag 27 augustus 1978, toen hij zich van op het balkon richtte tot de menigte op het Sint Pietersplein om met hen het Angelus-gebed, 'de Engel des Heren' te bidden.
Gisterenmorgen ben ik rustig naar de Sixtijnse kapel gegaan om te stemmen. Nooit had ik eraan gedacht wat er zou gebeuren. Toen het gevaar voor mij begon, hebben de twee collega's (Kard. A. Ribeiro - Lissabon en J. Willebrands - Utrecht) die naast mij zaten, mij woorden van moed ingefluisterd. De ene zei: 'Houd moed! Als de Heer een last oplegt, geeft Hij ook de hulp die te dragen'. En de andere collega: 'Wees niet bang, in de hele wereld zijn zoveel mensen die voor een nieuwe paus bidden'. Toen het ogenblik gekomen was, heb ik aanvaard. Daarna ging het om de naam, omdat zij ook vragen welke naam men wil aannemen, en ik heb er niet lang over nagedacht. Ik heb de volgende redenering gemaakt: Paus Johannes heeft mij eigenhandig hier in de basiliek van Sint-Pieter willen consacreren en later ben ik hem, ofschoon onwaardig, in Venetië opgevolgd op de zetel van Sint Marcus, in dat Venetië dat nog helemaal vol van paus Johannes is. De gondeliers, de zusters, en allen herinneren zich hem. Vervolgens heeft paus Paulus mij niet alleen kardinaal gemaakt, maar heeft me enige maanden daarvoor op de aanlegsteiger van de Piazza San Marco, voor een 20.000 mensen helemaal rood doen worden omdat hij de stola afdeed en mij op de schouders legde, ik ben nog nooit zo rood geworden! Anderzijds heeft deze paus in de 15 jaar van zijn pontificaat niet alleen aan mij, maar aan heel de wereld laten zien hoe men liefheeft, hoe men dienstbaar is hoe men werkt en lijdt voor de kerk van Christus. Daarom heb ik gezegd: 'Ik zal Johannes Paulus heten'. Ik heb noch de 'sapientia cordis' van paus Johannes, noch de opleiding en cultuur van paus Paulus, maar ik sta op hun plaats en moet trachten de kerk te dienen. Ik hoop, dat u me helpt met uw gebeden.